Motie Lentenota 2014: verlagen lokale woonlasten voor alle inwoners van Aalsmeer
De raad van de gemeente Aalsmeer in vergadering bijeen d.d. 19 juni 2014
De raad;
- gezien de wijzigingen die in de Lentenota voor 2014 worden voorgesteld en de indicaties die voor de jaren 2015-2018 worden gegeven;
- overwegende dat:
a. in de Lentenota 2014 (blz.10) een overzicht staat van de lokale lastendruk in Aalsmeer ten opzichte van de rest van Nederland. Dat hieruit blijkt dat er in Nederland 375 (van de totaal ruim 400) gemeenten zijn die een lagere lokale lastendruk hebben dan Aalsmeer. Dat er dus slechts 25 gemeenten in Nederland zijn die nog meer heffen dan Aalsmeer;
b. van de ons omringende gemeenten (Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel en Uithoorn), Aalsmeer veruit het hoogste scoort op “Woonlasten meerpersoonshuishouden”;
c. qua gemiddeld betaalde OZB woningen de inwoner van Aalsmeer bijvoorbeeld 230% meer betaald dan de inwoner van Amsterdam, 125% meer dan de inwoner van Haarlemmermeer, 130% meer dan de inwoner van Amstelveen;
d. in het Coalitieakkoord 2014-2018 staat dat de coalitie de lokale lastenstijging “bij voorkeur beperkt tot de compensatie voor de inflatie”;
e. het in het belang van de burgers van Aalsmeer en van de lokale economie is dat de lokale lastendruk omlaag gaat en dat de lokale lastendruk voor bedrijven niet stijgt;
f. de gemiddelde lokale lastendruk zich zou moeten bevinden op het niveau rond het gemiddelde van Nederland, maar in ieder geval rond het gemiddelde van gemeenten in onze regio;
g. dat daarvoor de gemiddelde lokale lastendruk fors omlaag moet, bij voorkeur met circa 100 euro per huishouden;
h. dat er in Aalsmeer 12.317 huishoudens zijn en dat er dus structureel € 1.231.700 bespaard moet worden om deze lastenverlaging mogelijk te maken;
overwegende voorts dat de dekking van deze lastenverlaging mogelijk is doordat:
i. in de jaarrekening 2013 de gelden ter grootte van € 285.483 uit de reserve bommenregeling zijn vrijgevallen ten gunste van de algemene middelen;j. in de Lentenota de gelden ter grootte van € 207.000 uit de reserve Kudelstaartseweg 295-297 zijn vrijgevallen ten gunste van de algemene middelen;
k. in de jaarrekening 2013 bij de algemene dekkingsmiddelen een voordeel is gerealiseerd van € 356.000, dat ten gunste van de algemene middelen is gekomen, waarvan € 157.000 wegens niet rendabele uren kan worden aangemerkt als structureel voordeel;
l. blijkens de jaarrekening 2013 er een structureel overschot is van circa € 300.000 (blz. 153);
m. op basis van begroting en realisatie 2013 gesteld mag worden dat een structurele besparing haalbaar moet zijn op programma:- Opgroeien in Aalsmeer van € 75.000;- Zorgen voor elkaar van € 434.000;- Vrije tijd van € 50.000;- Handhaving en Veiligheid van € 259.000;- Bereikbaarheid en mobiliteit van € 114.000;ofwel totaal € 932.000 minus het gestelde bedrag onder k (€ 300.000) is € 632.000;
n. in het programma Wonen en ruimtelijke indeling een besparing van ten minste € 500.000 mogelijk moet zijn door optimaal gemeentelijk regisseur schap waarbij zoveel mogelijk gebruikt wordt gemaakt van creativiteit en ambitie van marktpartijen waardoor ambtelijke uren en inhuur voor projecten gereduceerd kan worden;
o. in de meicirculaire 2014 door aanpassing van de basisgegevens voor Aalsmeer een structureel voordeel ontstaat van € 1.000.000 ten gunste van de algemene middelen;
p. de in de Lentenota berekende weerstandsratio 2014 iets onder het door de raad vastgestelde minimum van 1,0 komt;
q. hierin geen rekening is gehouden met de omvang van de stille reserves;
r. het college voorstelt om de stille reserves tot het weerstandsvermogen te rekenen;
s. dat inventarisatie van de stille reserves en het bepalen van de omvang daarvan mogelijk een veel gunstigere weerstandsratio zou kunnen opleveren;
t. dat hierdoor een veel rooskleuriger beeld kan worden gegeven van de financiële positie van de gemeente en er genoeg financiële ruimte kan ontstaan voor de voorgestelde structurele lastenverlaging of zelfs nog meer;
- verzoekt het college:
1. bij de begroting 2015 en de meerjarenbegroting 2016-2018 concrete beleidsvoorstellen aan de raad voor te leggen om te zorgen dat de gemiddelde lokale lastendruk voor huishoudens in deze collegeperiode met totaal € 100 omlaag gaat waarbij het uitgangspunt is dat vanaf 1 januari 2015 de gemiddelde lokale lastendruk voor huishoudens met € 50 omlaag gaat, dat vanaf 1 januari 2016 de gemiddelde lokale lastendruk voor huishoudens nogmaals met € 50 omlaag gaat en dat de lokale lastendruk voor bedrijven niet stijgt;
2. de aangegeven dekkingsmogelijkheden ter grootte van € 3.280.483 te betrekken bij deze beleidsvoorstellen;
en gaat over tot de orde van de dag.